In een goede sollicitatiebrief benadruk je jouw match met de vacaturetekst én met de wensen van de werkgever. Maar hoe kies je daarvoor de juiste argumenten?
Een aantal jaar geleden solliciteerde ik eens op een functie van webredacteur. Ik schreef dit bijna aan het einde van mijn brief:
“Resultaatgericht werken geeft mij energie en stimuleert mij het beste uit mezelf te halen, zeker voor publicaties.”
Bij het gevraagde profiel stond ook dat je resultaatgericht moest zijn. Nu ik terugkijk in brieven uit die tijd lees ik die zin vaker. Niet alleen in de brieven, maar ook in de vacatureteksten.
Resultaatgericht zijn, wordt heel vaak gevraagd. Moet je dan benoemen in je brief dat jij dat bent? Niet persé. Je onderscheid je er niet mee, want heel veel mensen houden wel van resultaat van hun werk. De werkgever zal er waarschijnlijk niet op selecteren.
Ik haalde vaker iets aan wat ik te bieden had, maar waarvan ik achteraf denk dat de werkgever er niet op heeft geselecteerd. Zonde dus, om daar hele zinnen of zelfs alinea’s aan te besteden.
Het is wel handig om eens na te denken over de volgende vragen:
Wat staat er in de vacaturetekst?
En:
Wat heb ik te bieden?
En ook:
Wat zou de werkgever zoeken?
Maar de belangrijkste is:
Hoe overlappen die drie gebieden?
De cirkels van werkgever, vacaturetekst, kandidaat
Je kunt de drie cirkels over elkaar heen leggen. Bij te weinig overlap kun je beter niet solliciteren, hoe leuk de functie ook klinkt. Hoe groter de overlap, hoe beter. De bolletjes zijn eigenschappen of kwaliteiten.
Wat jij te bieden hebt, komt – als het goed is – voor een belangrijk deel overeen met de eisen in de vacaturetekst. Wat de werkgever zoekt is natuurlijk voor een groot deel te vinden in de vacaturetekst. Toch kan er veel meer in de vacaturetekst staan. Vaak blijkt de werkgever echter ook nog kwaliteiten te zoeken die niet in de vacature staan. Dat kunnen kwaliteiten zijn die jij zelf hebt. Het is een gok, maar het de moeite waard om die te noemen in je brief.
Samengevat heb je dus 4 gebieden in de diagram waar je iets mee moet: de overlapgebieden.
- Overlap van alle drie de gebieden (groen)
- Overlap tussen vacaturetekst en wat jij te bieden hebt, maar waar de werkgever niet op selecteert (geel)
- Overlap tussen wat jij te bieden hebt en wat de werkgever zoekt, maar niet genoemd in de vacaturetekst (blauw)
- Overlap tussen wat in de vacaturetekst staat en wat de werkgever zoekt, maar wat jij niet hebt (rood)
Hoe kijk je dus naar de vacaturetekst?
Het groene gebied: Kern van je brief, ofwel de match!
Probeer de belangrijkste eisen uit de vacaturetekst te halen. Stel jezelf de vraag: Waar zou de werkgever op selecteren? Vast niet op alle eisen. Sommige eisen zijn waarschijnlijk belangrijker dan andere. De volgende vraag is: welke eisen komen overeen met mijn kwaliteiten? Daar zit jullie match!
Het gele gebied: Overbodige informatie.
Het kan natuurlijk zijn dat jij nog andere kwaliteiten hebt die overeenkomen met de gevraagde eisen. Maar bedenk je wel of die allemaal onderscheidend zijn. Bij sommige kwaliteiten verwacht de werkgever dat alle kandidaten die hebben. Ze staan er voor de volledigheid bij. Laat zo’n kwaliteit eventueel in je cv terugkomen, maar gebruik hem niet als argument in je brief.
Het blauwe gebied: Verder kijken dan de vacaturetekst.
Bedenk wat jij nog meer hebt, dat aan kan sluiten bij de wensen van de werkgever. Misschien heb jij een hobby of iets bijzonders gedaan in je eerdere werk, dat relevant is, maar niet in de vacaturetekst staat. Het is een gok of de werkgever dat ook zoekt. Toch moet je het vooral noemen. Je maakt je brief daarmee persoonlijk en concreet. Bellen naar de werkgever kan helpen om meer over dit blauwe gebied te weten te komen.
Het rode gebied: Bluf niet!
In je brief kun je beter niet bluffen over eigenschappen of gevraagde ervaring die je niet hebt. Daar prikt een werkgever uiteindelijk toch wel doorheen. Je hoeft ook niet te beschrijven dat je die ervaring niet hebt. Dat wordt vanzelf wel duidelijk. Wil je jezelf op een bepaald punt ontwikkelen in de nieuwe functie, dan kan dat ook positief zijn. Je moet dus inschatten of de werkgever dat ook vindt. Als de vacaturetekst daar iets over zegt, dan past het in het groene gebied, anders in het blauwe gebied.
Door op deze manier naar de vacaturetekst te kijken, richt je je op je doel: uitgenodigd worden.
De woordkeus
Een paar jaar geleden kreeg ik nog een handige tip van iemand die zelf vaak sollicitatiebrieven leest als leidinggevende. Hij zei: “Laat de eisen uit de vacaturetekst subtiel terugkomen in je brief.” Wat bedoelde hij daarmee?
Je kunt woorden uit de vacaturetekst gebruiken in je brief. Dat helpt de lezer om jou als kandidaat te plaatsen in het gevraagde profiel. Maar pas ook op! Als je dit teveel doet, lijkt het alsof je de vacaturetekst bijna hebt overgeschreven. Gebruik ook zo min mogelijk jeukwoorden in je brief , waar veel vacatureteksten vol mee staan. Schrijf dus niet over een 9-to-5 mentaliteit, dat je een echte teamplayer bent en dat je toegevoegde waarde levert. Dit moet vooral blijken uit je verhaal. Show don’t tell, dus.
Blijf je dus subtiel, dan zijn hints naar de vacaturetekst alleen maar positief!
Je brief
Let er dus in je brief vooral op:
- Nadruk te leggen op alles uit het groene gebied. Dat vul je aan met informatie uit het blauwe gebied.
- Je woorden (subtiel) zo te kiezen dat de werkgever het gevraagde profiel herkent.
Meer lezen over solliciteren?